
Het lijkt alsof de albums van Kashmir steeds beter worden. In hun beginperiode weten ze hoogstandjes nog wel eens af te wisselen met tenentrekkende saaiheid. Met hun latere platen Zitilites en No Balance Palace tonen de heren aan, dat ze hun draai aan het vinden zijn. Ineens lijken de nummers bij elkaar te horen, alhoewel er hier en daar nog wel een puzzlestukje te vinden is dat niet in het geheel past. Opvolger Trespassers levert een nog meer samenhangend geheel op. Grootse melodieën worden doorleefd gezongen door frontman Kasper Eistrup, ondersteund door een sound die soms trekjes heeft van Radiohead van voor de eeuwwisseling. Ook ontwaar ik hier en daar een vleugje Mew. Het geheel klinkt onmiskenbaar als Kashmir. Een band die vooral bekend is in Denemarken en al sinds 1991 aan de weg timmert. Alhoewel ze in de loop der tijd ook mensen buiten de eigen landsgrenzen bereiken, betwijfel ik of hun fanbase met deze release verder uitgebreid zal worden. Aan de kwaliteit van de plaat zal het niet liggen. De muziek van Kashmir is nou eenmaal niet geschreven voor het grote publiek. En dat terwijl er zulke mooie composities op staan. The Pursuit Of Misery grijpt je met het pakkende refrein en de ronkende gitaren, terwijl Time Has Deserted Us juist indruk maakt door de subtiele eenvoud van piano en strijkers. Daarnaast biedt Trespassers, net als Ether op No Balance Palace, een nummer dat op zichzelf al reden genoeg is om het album aan te schaffen. Het melodramatische Bewildered In The City illustreert hoe de band een volgende stap heeft genomen in de groei naar volwassenheid, zonder de oorspronkelijke karakteristieken te verloochenen. Omdat ik denk dat ze nog beter kunnen, kijk ik stiekem al uit naar de opvolger.
