Wat een ophef in de media over die geremasterde albums van The Beatles. Er is volgens de dagbladen zelfs sprake van een heuse Beatlemania. En dat allemaal omdat je aan het eind van A Day In The Life het krukje van Ringo Starr kunt horen piepen. Ik zou dat eruit gelaten hebben. Of willen we straks op de remasters van de Sex Pistols horen hoe Johnny Rotten over zijn nek gaat tijdens het intro van Pretty Vacant? Dat André Hazes tijdens Een Beetje Verliefd een blikje bier opentrekt? Ook tijdens De Wereld Draait Door krijgen Giel Beelen en Leo Blokhuis de kans om zich helemaal uit te leven op dit dossier, om met droge ogen te verkondigen dat The Beatles gewoon de beste band allertijden is. Hoe conservatief kun je zijn. Hoe stil kun je staan tijdens je muzikale ontdekkingsreis. Alsof de muziekindustrie niks spannenders meer heeft opgeleverd de laatste 45 jaar. Ik heb niks tegen The Fab Four en ben ook niet tegen remasters. Vaak klinkt een opgepoetst album inderdaad veel beter dan de oorspronkelijke, eerste release. Waren de platen van The Beatles al niet een paar keer opgepoetst in de loop der jaren? Vooral de platenmaatschappijen en de platenboeren lachen weer in hun vuistje met deze actie. Let op mijn woorden. In 2067 wordt Sergeant Pepper’s Lonely Hearts Club Band opnieuw gereleased. The 100th Anniversary Edition. Een geremasterde remaster die beter klinkt dan ooit. Dan hoor je Paul McCartney een scheet laten als hij Woke Up, Got Out Of Bed zingt. In de jaren erna kunnen we dan de synthesizers en de raps die The Beatles hadden opgenomen voor Let It Be en Hey Jude, maar op het laatste moment vervingen door strijkers en het beruchte nanananananana, alsnog in volle glorie beluisteren.