Vandaag verneem ik het nieuws dat Jean-Marie Aerts op 72-jarige leeftijd is overleden. Vooral bekend als de gitarist van T.C. Matic. De solo in Arrividerci Solo, afkomstig van T.C. Matic’s album Choco, typeert wat mij betreft het beste de stijl van Aerts. De bijna tot op het bot uitgeklede Rock op die plaat, gaf de gitarist alle ruimte om zijn keurmerk te etaleren en verder te verkennen. Ook op voorganger L’Apache liet hij met nummers als Que Pasa en Middle Class and Blue Eyes overduidelijk zijn signatuur achter in het steeds verder evoluerende klankenpalet van deze legendarische Belgische band. In 1983 demonstreerde hij dat live tijdens een optreden op Pinkpop. De enige keer ooit dat ik naar dit festival ging, speciaal voor Simple Minds en T.C. Matic. Na het uiteenvallen van die band, leverde hij nog een flinke tijd muzikaal een bijdrage aan de eerste successen van ex-collega Arno Hintjens. Nadat de wegen van Aerts en Arno definitief gescheiden waren, opereerde Jean-Marie vooral achter de schermen. Zo produceerde hij het werk van zowel bekende als minder bekende bands, waardoor hij van invloed bleef op de muziekscene. Arbeid Adelt, Gorki, Luc Van Acker, Jo Lemaire. Het zijn slechts enkele namen waarvoor hij productionele activiteiten verrichtte. Het legendarische debuut van Urban Dance Squad – Mental Floss For The Globe – werd door hem geproduceerd. Hetzelfde geldt voor het eerste album van De Kreuners. ’s Nachts Kouder Dan Buiten. Een van de minder bekende bands waar hij mee samenwerkte was Piu Piu. Ze brachten slechts twee EP’s en een paar singles uit, maar ook op hun titelloze debuut hoor je duidelijk de invloed van Jean-Marie terug. Tot het laatst bleef hij actief. Hij laat een mooi oeuvre achter.
Tekst: Luistertips
Fotografie: Danny Willems